Vertaling Bijbel, Kanttekeningen SV, [], Jozua [4]zeide ook tot het volk: [5]Heiligt u! want morgen zal de HEERE [6]wonderheden in het midden van ulieden doen. 4. Te weten, tevoren. Of, had gedaan. 5. Van heiligen zie Ex.19:10; Lev.20:7; Num.11:18; hfdst.7 vs.13, en 1 Sam.16:5. 6. Zie onder, vs.13, enz.